Op stage

Jongeren met ontwikkelingsdysfasie/ taalontwikkelingsstoornis

Informatie voor docenten, stagebegeleiders, stageverantwoordelijken en ouders

Op stage gaan is een belangrijke voorbereiding op het ‘echte’ werkveld.

Stage lopen betekent voor veel jongeren met ontwikkelingsdysfasie instappen in een nieuwe talige omgeving. Daarnaast moet de jongere vaak ook zelf op zoek gaan naar een stageplaats.

Dit brengt heel wat onzekerheden en dus stress met zich mee en vergt veel op vlak van communicatieve zelfredzaamheid en zelfstandigheid.

Een goed verloop hangt dus grotendeels af van het begrip en de ondersteuning van de stagebegeleider en de personen op de stageplaats. Visualiseren, structureren, pre-teaching, begrip, regelmatige feedback en uitwisseling van ervaringen zijn belangrijk voor een goed verloop van de stage.

Succeservaring vergroot het zelfvertrouwen en het aanpakgedrag!

WELKE PROBLEMEN KUNNEN JONGEREN MET ONTWIKKELINGSDYSFASIE ERVAREN?

De instructies worden vaak onvoldoende begrepen en onthouden. Het gevaar bestaat dat jongeren met ontwikkelingsdysfasie onvoldoende begrijpen wat effectief van hen verwacht wordt, dit onvoldoende communiceren en opgelegde taken niet of onvoldoende uitvoeren.

Deelnemen aan gesprekken en vergaderingen zijn voor jongeren met ontwikkelingsdysfasie een hele opgave. Verbale communicatie is vluchtig. Ze hebben meer verwerkingstijd nodig waardoor ze vaak een aantal dingen missen en de draad van het gesprek verliezen.

Het gebrek aan innerlijke taal (dit stuurt ons denken en handelen) kan hen parten spelen bij het plannen en organiseren van de verschillende uit te voeren taken. Het gevraagde werktempo kan voor hen té hoog liggen.

Regelmatig navragen wat niet of onvoldoende lukt is noodzakelijk om de problemen tijdig aan te pakken en samen met de jongere constructieve oplossingen te bedenken.


HOE KUNNEN WE JONGEREN MET ONTWIKKELINGSDYSFASIE GOED ONDERSTEUNEN? TIPS

Voorbereiding

  • Breng samen met de jongere in kaart wat hij/zij wil, wat zijn/haar talenten zijn en wat hij/zij nodig heeft om zo samen op zoek te gaan naar een geschikte stageplaats.
  • Bied ondersteuning bij het contacteren van de stageplaats.
  • Bespreek samen met de jongere of de stageplaats mag worden ingelicht over zijn/haar ontwikkelingsdysfasie.
  • Bespreek met de leerling wat de stageplaats moet weten over de gevolgen van ontwikkelingsdysfasie waarmee hij/zij problemen ondervindt of zich zorgen over maakt.

Overleg met de leerling hoe jullie dit gaan communiceren (Bv. een korte presentatie, verwijzen naar een website, boek of folder).

  • Neem als ouder, ondersteuner of begeleider samen met de jongere vooraf een kijkje op de stageplaats. Maak een afspraak voor een rondleiding.
  • Vraag na wie de vaste aanspreekpersoon is.

Tijdens de stage

  • Bespreek met de stageleiding en stagegever wat belangrijk is zodat de jongere de stage succesvol kan aanvatten:
  • Algemeen:
    • Maak een overzicht (visualiseer!) van personen en hun taken op de stageplaats. Bij wie kan de leerling terecht met vragen en onduidelijkheden? Noteer hun namen, mailadressen en telefoonnummers.
    • Probeer achtergrondrumoer te vermijden (Bv. radio)
    • Visualiseer (tekeningen, schema’s, foto’s, geschreven woorden, filmpjes,…)
    • Overloop vooraf de nodige woordenschat: vaktermen! Maak een lijst van specifieke woorden (vakterminologie) die de leerling vooraf kan inoefenen en leg vakjargon duidelijk uit.
    • Stel concrete stagedoelen op. Overloop de verschillende activiteiten.
    • Bespreek duidelijk verwachtingen en eisen: wat moet een leerling kunnen en wanneer?
  • Instructies:
    • Maak duidelijk oogcontact
    • Spreek duidelijk en rustig
    • Geef heldere en concrete instructies
    • Geef de leerling verwerkingstijd (10 sec)
    • Ga na of de instructies effectief werden begrepen
    • Doe voor hoe het moet en maak duidelijk wat de bedoeling is
    • Geef geen verschillende taken tegelijk, laat liever eerst oefenen met één nieuwe handeling, dan meteen met een aantal nieuwe handelingen tegelijk.
    • Ga na of er geen problemen zijn met opeenvolgende handelingen
    • Maak een lijst van de belangrijkste instructies en opdrachten
    • Herhaal regelmatig de instructies
    • Spoor de leerling aan notities te nemen (schrijfblok, tablet, smartphone,…) en begeleid hen hierin
  • Tijdens het uitvoeren van de taken:
    • Geef duidelijke en concrete feedback
    • Verlaag indien nodig het werktempo
  • Verwacht niet dat de leerling spontaan gerichte hulp zal vragen; blijf in het begin in de buurt en houd een oogje in het zeil
  • Stel een vragenlijst op wanneer de hulpvraag niet meteen duidelijk is:
  • Wat wil je weten?
  • Wat is niet duidelijk?
  • Wat lukt niet (goed)?
  • Leerlingen met ontwikkelingsdysfasie zijn extra gevoelig voor geïrriteerde blikken wanneer ze toch om extra uitleg durven vragen. Dit remt spontane hulpvragen af. Wees je dus bewust van de non-verbale communicatie.
  • Hou er rekening mee dat deelnemen aan gesprekken moeilijk is voor de leerling
  • Vat tijdens vergaderingen regelmatig samen en visualiseer de belangrijkste punten
  • lijf rustig bij woede-uitbarstingen / overprikkeling en zoek een rustige plek waar de leerling tot rust kan komen
  • Stageverslagen:
  • Maak samen met de leerling een planning op. Wanneer werk ik aan stageverslagen? Wanneer is de (tussen)deadline?…
  • Voorzie een duidelijk sjabloon. Welke inhoud verwacht je? Hoe ziet de structuur van het verslag eruit? Hoe ziet de lay-out eruit?…
  • Bied ondersteuning bij de schriftelijke neerslag: verwoorden van de inhoud, het bouwen van correcte zinnen en het structureren van de informatie.
  • Evaluatie:
  • Evalueer samen met de leerling:
  • Wat liep goed?
  • Wat was leuk en niet zo leuk? Waarom?
  • Wat was moeilijk?
  • Wat heeft mij geholpen?
  • Wat heb ik geleerd?
  • Aan welke personen had ik het meest steun? Waarom?
  • Wat ga ik anders aanpakken op een volgende stageplaats?
  • Wat moet anders georganiseerd worden?
  • Heb ik tips voor andere jongeren met ontwikkelingsdysfasie?
  • Overleg regelmatig met de leerling en de stageplaats en pas indien nodig doelen aan.
  • Voor een goed stageresultaat is er soms nood aan een verlenging van de stage. Bekijk wat mogelijk is.

Mits succeservaring wordt op stage gaan vaak ervaren als prettiger dan schools leren.

Bronnen:

  • Sanders. B., Taalontwikkelingsstoornissen in het voortgezet onderwijs en MBO, Praktische handelingsadviezen voor school, praktijk en stage – Lannoo 2019
  • Isarin, J., SpraakTaal, Gids voor jongeren met een taalstoornis – Acco 2013
  • Deij, A., Elk woord telt, Omgaan met een taalontwikkelingsstoornis/TOS – Primascriptum 2017
  • Isarin, J., Hulpwaaier TOS. Tips en strategieën bij de hand – Pica 2017